'We zijn allebei geboren en getogen in Rotterdam. Als gevolg van de woningnood die daar in de jaren zestig van de vorige eeuw heerste, zijn we ongeveer tegelijkertijd naar Schiedam-Oost verhuisd. Hier konden we via de werkgevers van onze echtgenoten nog aan een betaalbare woning komen. Na bijna vijftig jaar mogen we wel zeggen dat Oost ons thuis is. Onze kinderen en kleinkinderen wonen ook bijna allemaal in de wijk.

Het was indertijd best even omschakelen van het stadse leven naar het wat meer ‘dorpse’ karakter van Oost. De sociale controle was hier sterker en buren hielden elkaar scherper in de gaten. Dat was aan de ene kant een beetje beklemmend, maar het had zeker ook een positieve kant: je lette op elkaars kinderen als ze buiten speelden, en als je een alleenstaande buurman of -vrouw al een tijdje niet had gezien, dan ging je even polshoogte nemen om te zien of alles nog wel in orde was.

Aandacht is het beste medicijn tegen eenzaamheid
Vandaag de dag zijn mensen veel minder op elkaar, en meer op zichzelf gericht. Dat hoort nu eenmaal bij de moderne tijd. Wij zijn echter nog van de oude stempel, en gaan regelmatig even bij mensen buurten om te kijken of we iets kunnen betekenen. Zeker nu ouderen steeds langer zelfstandig moeten blijven wonen, is het fijn dat buren en wijkgenoten naar hen omzien. Aandacht is het beste medicijn tegen eenzaamheid. Wij maken allebei van nature makkelijk contact en houden er niet van om stil te zitten. Dus na ons werkzame leven – Joke had met haar man een stomerij en Jeanne werkte als directiesecretaresse en in de thuiszorg – zijn we niet achter de geraniums gaan zitten. We mogen dan inmiddels wel rond de zeventig zijn, we hebben energie genoeg om ons op allerlei manieren voor de wijk in te zetten. Zo organiseren we elke zomer activiteiten voor thuisblijvers tijdens de vakantieterrassen en doen we onafhankelijk van elkaar van alles in en om het wijkhuis.

Eetcafé Tante Sjaan
Waar we samen écht onze ziel en zaligheid in steken, is Eetcafé Tante Sjaan. Daar zijn we drie jaar geleden in het wijkhuis mee gestart. Eens per maand verzorgen we een gezellig samenzijn voor ouderen. Ze kunnen er nieuwe contacten opdoen, een kaartje leggen en genieten van een oerhollandse maaltijd. De meesten komen uit Oost, maar er schuiven ook regelmatig Gorzenezen en Nieuwlanders aan. Wie wil, kan een handje helpen met de voorbereidingen of het dekken van de tafels.
Per keer ontvangen we ongeveer dertig gasten. De oudste is al dik in de negentig! Er is een vast clubje ontstaan maar er komen ook wel eens buren of kennissen mee als introducé. De drempel om in je eentje naar het eetcafé te komen kan best hoog zijn, dat begrijpen we heel goed. Daarom nodigen we mensen ook persoonlijk uit en gaan we ze desnoods thuis ophalen. Een meneer van wie we weten dat zijn geheugen hem wel eens in de steek laat, herinneren we er de dag van tevoren nog even aan. Dan gaan we even langs of bellen we op. Die persoonlijke aandacht en belangstelling wordt gewaardeerd en we merken dat mensen echt naar het samenzijn uitkijken. Het is altijd gezellig en het is geweldig om te zien hoe men ervan geniet. Als we staan te koken en we zien een tafel vol blije gezichten, dan zijn we volmaakt tevreden.'